Martijn de Boer
beeldend kunstenaar
Het stekelbaarsje vlecht zijn nest – mei 2011
1 juli 2011
Geplaatst door op Ik heb twee jaar geleden een kleine vijver aangelegd in de tuin. Uit het bos heb ik wat waterplanten meegenomen en af en toe een emmertje water uit vennetjes en sloten. Entwater heet dat, met allerlei kleine beestjes en bacterien.
Soms vallen sloten bijna droog, in de overgebleven plasjes water wemelt het dan van de diertjes, die – meestal tevergeefs – aan de dood proberen te ontsnappen. Zo kwam ik aan drie stekelbaarsjes. Het jaar daarop had ik er minstens honderd.
Als de jonkies wat groter zijn vang ik ze en zet ik ze uit. Dan gaan ze van de kleine vijver naar de grote wereld. Vorig jaar was het Bankven in Goirle en het Papschot op de Rovertse Heide volledig uitgedroogd, iets dat ik nog nooit eerder had meegemaakt. Toen er weer water was, heb ik mijn kroost daar uitgezet.
Het was mooi om te zien. Ik liet ze voorzichtig uit mijn Calve-mayonaisepot glijden en in het grote ven. Een paar minuten lang zwommen ze wat verlegen rond mijn schoenen en bleven dicht bij me. Toen, alsof het was afgesproken, verzamelden ze zich in een groep en trokken gezamenlijk dapper het ven in. Ik keek mijn schooltje stekelbaarsjes na tot ik ze niet meer zag.
Net als een vogel bouwt het mannetje van de tiendoornig stekelbaars (Pungitius pungitius) elke lente een nestje. Eendenkroos, stukjes tak en alles wat verder bruikbaar is, vlecht hij tot een balletje. Het nestje wordt voortdurend rondgezwommen en verbeterd. Als hij tevreden is, hangt hij zijn bouwsel tussen de waterplanten, wachtend op een vrouwtje.
Dapper verdedigt hij zijn nest en valt alles aan wat in de buurt komt. Het stekelbaarsje kent geen angst.